‘Tell me what you want’ Justin J. Lehmiller

Seksuele fantasieën bespreekbaar maken in je relatie: veiliger dan je denkt.

In 2018 verscheen het boek ‘Tell me what you want’ van Justin J. Lehmiller, een Amerikaanse sociaal psycholoog en auteur die veel onderzoek heeft gedaan op het gebied van seksuele gedragingen en gezondheid. Waar zijn eerste boek (the Psychology of Human Sexuality) vooral theoretisch was en bedoeld voor relatietherapeuten en psychologen, is dit boek veel leesbaarder en interessanter voor een brede groep lezers. In ‘Tell me what you want’ komen de resultaten terug van een groot onderzoek naar seksuele fantasieën onder meer dan vierduizend Amerikanen. De onderzoeksgroep is een echte dwarsdoorsnede van de bevolking in al haar schakeringen. Op die manier zijn ook uitspraken over sub populaties te doen.

Fantasie nummer 1: Sex met extra partners

Uit het onderzoek komt onomstotelijk naar voren dat er veel gefantaseerd wordt: maar liefst 97%van de deelnemers zeiden regelmatig seksuele fantasieën te hebben. De meest voorkomende fantasie: sex met meerdere partners. Een trio met extra man of vrouw, een kwartet met een ander koppel, een gangbang of een groep mensen verstrengeld in een orgie. Andersom: op de vraag of men wel een fantaseert over sex met meerdere partners antwoord bijna de volle honderd procent van wel, met als meest genoemde fantasie een trio.

Mijn veronderstelling is -mede op basis van gesprekken met cliënten- , dat een dergelijk onderzoek in een land als Nederland, dus ook een westers land met een joods-christelijke traditie, globaal dezelfde cijfers zal opleveren. In ons brein doet het ‘monogame huwelijk tot de dood ons scheidt’ het dus niet zo heel voortreffelijk.

Lehmiller verklaart dit verlangen vanuit het Coolidge effect: gewenning aan onze partner, doet de honger doven. Het verhaal gaat dat President Coolidge van de USA samen met zijn vrouw een boerderij bezocht. De boer toonde vol trots een haan aan mevrouw Coolidge en vertelde dat deze dag in dag uit de hele dag met hennen kon paren. Mevrouw Coolidge opperde dat de boer dat maar eens aan president Coolidge moest vertellen, die op dat moment elders op de boerderij rondkeek. De boer zocht de president op en vertelde over de activiteit van de haan. De President dacht een moment na en vroeg toen: “Steeds met dezelfde hen?” “No, sir” antwoordde de boer. “Vertel dat dan maar aan mevrouw Coolidge”, sprak de President.

BDSM: bondage, dominantie, onderwerping en sado masochisme: de goede tweede

Twee derde van geënquêteerden gaf aan fantasieën te hebben op het vlak van BDSM, waarbij pijn/plezier ‘geven’ en ‘ontvangen’ beide boven de 60% scoorden, met een oververtegenwoordiging voor beide posities onder vrouwen. Daarmee is wellicht direct het succes van ‘Fifty shades of Grey’ (Vijftig tinten Grijs) verklaard. Vrouwen zijn meer dan mannen van het tintelende rollenspel, zo blijkt. Waarbij het onderzoek liet zien dat de meesten dan kiezen voor de ontvangende/onderdanige rol.

Wat nog meer opvalt

Anders dan veel mensen denken, wordt er weinig over Hollywood sterren gefantaseerd. We fantaseren vooral over sex met de eigen partner of een bekende. Gewone mensen fantaseren over gewone mensen.

Porno kijken heeft invloed op onze fantasieën: we leren van porno wat er mogelijk is en dat kan onderdeel gaan uitmaken van ons wensenlijstje. Opvallend is dat heteroseksuele mannen die veel porno kijken, gemiddeld een sterkere voorkeur ontwikkelen voor grotere borsten. Voor vrouwen geldt dit ook: zij krijgen een voorkeur voor grotere penissen. Met porno maken we het onze partners dus potentieel best lastig. Al halen we er ook inspiratie voor vernieuwing uit.

En wat we ermee doen

Allereerst: we praten te weinig met onze partner over onze fantasieën. Hieraan kan veel ten grondslag liggen. Angst voor afwijzing of erger speelt een belangrijke rol. We voelen ons niet veilig genoeg bij onze partner om ons op die manier kwetsbaar op te stellen. Uit het onderzoek bleek dan ook dat minder dan een derde van de participanten een belangrijke fantasie daadwerkelijk in de praktijk had gebracht. En jawel: driekwart van de deelnemers hoopte ooit met hun partner hun belangrijkste fantasieën in praktijk te gaan brengen… Driekwart!

Wat Lehmiller betoogt

Uit het onderzoek kwam duidelijk naar voren dat partners die het aangedurfd hadden hun fantasieën te delen en eventueel ook ten uitvoer te brengen, significant gelukkiger scoorden dan zij die geheimen hielden op dit vlak. Hij concludeert dan ook dat het tijd wordt dat we leren onze fantasieën te delen. En waarom niet: het onderzoek toont vooral aan, dat jij en je partner zomaar eens dezelfde fantasieën zouden kunnen hebben. Dus daar zit een doorgang, maar wie durft die te benoemen?